Als onderwijsambassadeur ben je werkzaam buiten het onderwijs (gemeente/bedrijfsleven/zzp’er) of je bent gepensioneerd. En je zet je graag een dag per week in voor het onderwijs.
In overleg met de leerkracht bepaal je je bezigheden in de klas of op school. Je wordt ingezet om de leerkracht te ondersteunen. We kijken daarbij ook hoe je jouw talenten kunt inzetten. Je vooropleiding speelt geen rol. Het is belangrijk dat je per week 6 tot 8 uur aanwezig bent. Wekelijks krijg je een half uur begeleiding van de leerkracht. Daarnaast is er maandelijks een uur begeleiding van de interne coördinator op de school. Je verbindt je aan dit project voor een heel of een half schooljaar.
Dit project valt onder professionele ontwikkeling, loopbaanoriëntatie en maatschappelijke betrokkenheid. Dit biedt jouw werkgever mogelijkheden om jouw inzet met subsidie te bekostigen zodat jij je huidige salaris kunt behouden.
Ingrid aan het werk op school
Twee keer per jaar is er voor onderwijsambassadeurs intervisie onder professionele begeleiding. Dit houdt in dat er professionele uitwisseling is tussen medewerkers die werkzaam zijn in hetzelfde vakgebied, in dit geval tussen onderwijsambassadeurs. Het doel is de deskundigheid van de betrokkenen te bevorderen en de kwaliteit van het werk te verbeteren.
De begeleide intervisie is een tool die het professioneel leervermogen stimuleert en focus geeft om te werken aan oplossing en ontwikkeling. Door begeleide intervisie ontstaat er ruimte om van én met elkaar te leren.
De onderwijsambassadeur loopt de hele dag mee met de docent. De docent schakelt de onderwijsambassadeur gedurende de dag zoveel mogelijk in. Voor, tijdens of na afloop van de schooldag geeft de docent instructies aan de onderwijsambassadeur. Activiteiten waar je aan kunt denken: in de kring naast bepaalde leerlingen zitten, in de rij naast bepaalde kinderen lopen, tijdens het eten en drinken helpen, rondlopen tijdens de zelfstandig-werken-momenten en vragen van leerlingen beantwoorden.
De onderwijsambassadeur ondersteunt leerlingen die verlengde instructie nodig hebben. Of de onderwijsambassadeur blijft rondlopen in de groep, zodat de docent verlengde instructie kan geven. De onderwijsambassadeur kan losse lessen geven. Dat kunnen lessen zijn op basis van talenten/expertise of interesses zoals voorlezen, handvaardigheid, muziek, Engels, de kring draaien etc.
Deze fase is alleen van toepassing als de docent en de onderwijsambassadeur beiden ervaren dat de voorwaarden aanwezig zijn om een dagdeel te draaien. De voorwaarden zijn: grip op de groep, inzicht in de lesstof, prettig pedagogisch klimaat en structuur kunnen bieden in het klassenmanagement. In eerste instantie is de docent nog fysiek aanwezig in de groep.
Wanneer de voorwaarden aanwezig zijn en de onderwijsambassadeur en de docent merken dat het kan, kan de docent buiten de groep werken. Wanneer het heel goed gaat, kan er eventueel iemand anders op afstand verantwoordelijk zijn voor de groep. Tijdens deze fase komt er ruimte voor de docent om te werken aan professionele ontwikkeling, zoals meekijken in andere groepen, op andere scholen of bijscholing.